De wortels van de familie
'Aan
de Broekstraet'
Hoe voelt het om te staan op de plek waar mijn familiewortels liggen? Eigenlijk voel ik niets, of toch wel? Het is een regenachtige, druilerige dag, helemaal geen dag om het boerenland in te trekken. Het oorspronkelijke gebied 'Aan de Broekstraat', in Spoordonk bij Oirschot, ligt ingesloten tussen het riviertje de Beerze, de Spoordonkse Watermolen, de Spoordonkseweg, uiteraard de Broekstraat en de Viermannekesbrug. Het geeft mij een vreemd gevoel. Hier was het, hier woonden mijn voorouders, hier kregen ze hun kinderen, hier bewerkten ze hun land, hier is het allemaal begonnen. Toch gek, je kent niemand en niemand kent jou, maar toch heb je het gevoel dat je iedereen kent, en iedereen jouw kent. Hier was het. Hier zoek ik mijn wortels. Hier zoek ik mijn roots.
Op woensdag 26 september 2007 werd ik uitgenodigd door Henk van der Schoot uit Hedel (Oirschot) voor een bezoek aan dit, voor mij, speciale gebied. Wij kenden elkaar niet, maar deze webpagina en een uitspraak over 'de Lusdonck', van zijn oude tante, was de aanleiding. Henk bracht me naar DÉ plek. Vanuit de Broekstraat liepen we, via het 'Lusdonckpaadje', naar een net geoogst groot maisveld. Hier had ik een prachtig uitzicht op de omgeving. Hier bekroop me het gevoel van, ja hier kom ik vandaan. Hier liggen mijn wortels. Hier leefden mijn voorouders.
In de verte keek ik op de achterzijde van de Spoordonkse Watermolen en op de meanderende Beerze. Een prachtig plaatje. Mijn laarzen was ik vergeten maar de goden waren mij goed gezind en het weer was helder. Wij knoopten een gesprek aan met een toevallig aanwezige boer, Frans van Heerebeek. Als jonge boer bracht hij, net als zijn voorouders, het graan dat van zijn land kwam, over de Lusdonck, naar de watermolen, om het te laten malen. Vrij nauwkeurig wist hij te vertellen hoe de Lusdonck begrensd was. Het zogenaamde 'Lusdonckpaadje' was een, door Frans zelf, bedachte naam van het toegangspaadje naast zijn boerderij naar het land dat er achter lag. Misschien zet hij daar nog eens een naambordje neer. Dan kan iedereen, die er wandelt, genieten van het prachtige uitzicht. Door de ruilverkaveling in de jaren '50 is het oude toponiem verdwenen en tevens de oorspronkelijke landindeling.
Frans vertelde, dat de grond van de Lusdonck altijd hoog heeft gelegen. Een deel is in het verleden afgegraven om de Broekstraat op te hogen. De Lusdonck lag heel duidelijk aan de meanderende Beerze. Vroeger kende men deze naam nog niet maar sprak men over lussen in de rivier. Zo moet de naam Lusendonc, zoals die in 1300 reeds gebruikt werd, zijn ontstaan. Een verhoging (DONC) in het land aan een kronkelende (LUSEN) rivier. Vandaar de naam LUSENDONC. Door de loop van de tijden werd de naam meestal als Lusdonck geschreven. Nu schrijft men over het algemeen Lisdonk. De Beerze is in de loop van de jaren verlegd. In de zestiger jaren werd de Beerze recht getrokken tot een beheerste rechte rivier, met stuwen. Daarmee was de waterbeheersing onder controle. Nu denkt men daar anders over en geeft men de natuur zijn oorspronkelijke loop terug. Maar we kunnen niet uitsluiten dat de Lusedonc genoemd is naar de lus die lag tussen de kleine Aa en de grote Aa, Langdonc geheten. Waarschijnlijk zal het een combinatie zijn van beide; het gebied, vroeger Langdonc geheten, en de lussen die door de Beerze gevormd werden.
De Spoordonkseweg en de Broekstraat, zijn eigenlijk gewone straten in Spoordonk, alhoewel de Spoordonkseweg de verbindingsweg is tussen Oirschot en Moergestel. Boerderijen en huizen markeren de straten. Hoe oud zouden de boerderijen zijn? Niet oud genoeg om van voor 1300 te dateren. Maar misschien liggen onder de grond toch nog fundamenten, geheel of gedeeltelijk van de hoeve waar ik naar zoek. Ik ben me bewust van het feit dat hier onze eerste voorouders geleefd hebben. De werkelijke plek ken ik nog niet, maar is waarschijnlijk langs de Spoordonkseweg naast de watermolen. Toch heb ik het gevoel dat ik op bezoek ben. Hun een hand kan geven en misschien een kopje koffie drinken. Ik zal een spade moeten zoeken en gaan graven. Dat kan en mag niet. Hopelijk brengt vroeg of laat een document antwoord. Dan ga ik opnieuw op bezoek.
De Logt
Ook voor de Logt (Oisterwijk, iets
boven Spoordonk) kan ik dezelfde vraag
stellen als bij de Broekstraat. Hoe voelt het om te staan op de plek waar mijn familiewortels liggen?
Eigenlijk voel ik niets, of toch wel? Ook op die dag, enkele jaren geleden, was het is een regenachtige, druilerige dag,
en helemaal
geen dag om het boerenland in te trekken. Het gehucht 'De Logt' tussen Oisterwijk en Spoordonk, bestaat en
bestond uit
enkele boerderijen, een klein driehoekig pleintje en veel drassige beemden. Het gaf mij ook een vreemd gevoel
dat mijn voorouders hier hun land bewerkten en dat ze ook hier woonden. Het blijft raar zo'n gevoel te hebben.
Maar het zijn bijzondere plekken die je moet koesteren.
Op zoek naar de wortels van de familie
Het is over het algemeen
moeilijk om aan te tonen waar een familie begint te ontstaan, zeker als men 700
jaar terug in de tijd gaat. Uiteindelijk stammen we allemaal van 'Adam en Eva'
af. U en ik zijn dus familie van elkaar. Maar zo werkt dat niet als je zoekt
naar het begin van je familietak. Het is noodzakelijk een grondig onderzoek
hiernaar te doen. Na een lange speurtocht en doorspitten van de nodige oude
documenten is het mij gelukt voor onze eigen familie en ik kom dan terecht in
'Spoordonk' bij Oirschot en 'de Logt' bij Oisterwijk.
Alhoewel veel voorouders
verspreid woonden in het Brabantse land, moet ik me voor de werkelijke wortels toch begeven binnen de driehoek Oisterwijk, Moergestel en Oirschot. Hier moet het
allemaal ontstaan zijn. Dit deel van het Brabantse land bestond uit allerlei
beemden, laaggelegen graslanden, die vooral in de winter onder water liepen. Ook
waren er zandheuvels die in de streek van de rivieren hier en daar boven
de klei- en veenvlakten van Laag-Nederland uitstaken, meestal de toppen van
rivierduinen, die als zodanig aangaven hoe vroeger stroomstelsels verliepen.
Hieruit is onder meer af te leiden dat de grote rivieren ook kort na de laatste
ijstijd reeds stroomden in de zone waar ze nu nog gelegen zijn. Zo ook de kleine
en de grote Aa, ook wel de kleine en de grote stroom genoemd, maar nu de kleine en de grote Beerze. Dit riviertje mondt ook nu uit in de Dommel en samen met een
andere Aa vanuit Beek en Donk komen die weer bij elkaar bij de Citadel in
's-Hertogenbosch.
De 'waternaam' Aa behoort
tot de oudste toponiemen in het Nederlandse taalgebied. Zij correspondeert met
het Gotische woord 'ahwa' (water), dat overeenkomt met het Latijnse 'aqua'. Op
de droge zandige opduikingen in het moerassige terrein ontstonden kleine
nederzettingen. Mensen vestigden zich daar en bewerkten de grond. Spoordonk
daarentegen ligt in het gebied langs de weg van Moergestel naar Oirschot. Een
deel van Spoordonk lag oorspronkelijk op een eiland, Langdonk genaamd. Wie nu
een wandeling probeert te maken over de linkeroever komt echter bedrogen uit.
Van de oorspronkelijk kleine Aa, is niets meer terug te vinden. Via oude en
nieuwe plattegronden en topografische kaarten is hier en daar nog wel een beetje
terug te herleiden waar deze liep. Op een kaart uit
±1540, die bewaard wordt in het Rijksarchief van 's-Hertogenbosch, is de oude loop nog duidelijk te zien.
Een kopie hiervan hing voorheen als
een soort 'wandkleed' aan de muur in het oorspronkelijke oud-archief in Oirschot. Nu is het ver weg opgeborgen
in de archiefruimten van het Regionaal Historisch Centrum Eindhoven (RHCe), en niet meer te bezichtigen. Dit
soort kaarten werden meestal gemaakt om twisten over landverdeling te 'regelen'.
Maar ook op de eerste kadasterkaarten van rond 1832 is de oude loop nog terug te
vinden.
De Beerze, bij Spoordonk, was reeds vroeger een meanderende rivier die ter plekke aldaar een lus vertoonde. Het 'eiland' binnen die lus heette Langdonk. De rivier splitste zich zodanig dat zuidelijk, de grote en de kleine Aa bij elkaar kwamen bij de kapel 'De Heilige Eyk', en noordelijk bij het gehuchtje 'De Logt', wat toebehoort aan Oisterwijk. In de loop van de tijd is Spoordonk 'verhuisd' en meer naar het oosten komen te liggen. De Beerze, passeert de Oirschotse weg die over gaat in de Spoordonkse weg bij de watermolen. Hier is nu door de Vereniging Natuurmonumenten een 'bypass' gerealiseerd om de watermolen heen, dit om de natuur zijn gang te laten gaan. De oorspronkelijke familienaam is Lusendonc, en we bevinden ons dan rond 1300. Omdat de rivier kronkelde en dus meerdere lussen had werd de aanliggende hoge grond Lusendonc genoemd. Een toepasselijke naam voor zo'n topomiem.
Terug naar mijn zoektocht
naar de wortels van de familie van de Lisdonk. Nu werd er in 1405 een hoeve
verkocht in Spoordonk. Deze hoeve 'Ter Lulsdonck' en
diverse beemden in de Logt met de naam 'Lulsdonck' en enkele varianten daarop, spelen een belangrijke
rol in erfenisverdelingen en grondverpachting van mijn voorouders. Het is niet
onwaarschijnlijk dat de hoeve al veel langer bestond. Zeker is dat natuurlijk
niet. Tot op heden heb ik geen ouder document gevonden. Bijna honderd jaar later in
1499 werd dezelfde hoeve nogmaals verkocht. Tot 1624 werden alle gronden die
maar iets met de naam te maken hadden verkocht of gingen via erfenis over in
andere handen en kregen dan over het algemeen een andere naam. Daarna worden er
in de archieven geen verdelingen, verkopingen of verpachtingen meer genoemd.
Waar een deel van de beemden lagen is vooral op de eerder genoemde kaart uit
1540 duidelijk te achterhalen. Zij maakten deel uit van het gebied 'Winkel', vroeger
geheten 'Winckel tot 43 buender', gelegen in de Logt. Ook veel familieleden uit
latere tijden kwamen van de Logt. Het gehuchtje behoorde en behoort nog tot Oisterwijk. Het is duidelijk dat hier wortels van de familie liggen. Wat betreft
de hoeve kom ik tot een ander verhaal. Deze hoeve lag niet in de Logt, maar in
Spoordonk zelf. In de verkoopakte van 28 juni 1405 werd vermeld:
'Rutgherus geheten de
Audenhoven heeft overgedragen aan Johannes geheten van den Doirn de Arscot alle
cijnsgoederen die Waltherus en Henricus, kinderen van Wilhelmus geheten de
Audenhoven bezaten in de parochie Oirschot'.
In dezelfde akte wordt genoemd:
Zie: Transcriptie van verkoopakte van 28 juni 1405
Hiermee wordt gezegd dat de
hoeve daadwerkelijk in Spoordonk lag. Nu is natuurlijk de vraag, waar? Het is
(nog) niet met zekerheid te zeggen, maar even voorbij
de watermolen van Spoordonk is op de eerder genoemde kaart uit
1540 een hoeve getekend
waarin met de hand de naam Jan van den Lusdonck geschreven staat. Deze hoeve werd trouwens op 22 januari 1533
door Gerard zoon van Henrick Jan van den Lusdonck (schepen van Oirschot) en
zijn vrouw Barbara Jan
Robbijaers gepacht van de heer van Petersheijm. Op die kaart werden meerdere hoeven getekend. Dit gebeurde op dezelfde wijze als bij Jan
van den Lusdonck het geval was. Ook speelde de vlakbij gelegen Broekstraat, die
ook nu nog bestaat in Spoordonk, een zeer belangrijke rol binnen de familie.
Zeer veel familieleden woonden daar en/of hadden grond verkregen 'aan
de Broeckstraat' door
erfenisverdelingen. Op dit moment wil ik niet uitsluiten dat hier de hoeve 'ter Lulsdonck' gestaan
heeft. Zouden dan hier de werkelijke wortels van de familie liggen? Tot het
tegendeel bewezen is kunnen we genoemde boerderij beschouwen als de bron van
onze familie.
Wat betreft de boerderij zelf komen we in de tweede verkoop wat verder dan de eerste. Een beknopte transcriptie van het origineel, dat in het streekarchief van Eindhoven (SRE) te vinden is, in de schepenprotocollen van de vrijwillige rechtspraak uit het rechterlijk archief van Oirschot/Best 1493-1636 vertelt ons het volgende.
Op 3 september 1499 vindt
er een veiling plaats in het huis van Steven Hersel. De heren "Ghijsbrecht Henrichss van der Achter en met hem Willem van Elssen ten
Bosch" veilen dan "met enen sondachs ghebode, om ten hoechsten te vercopen: alsulken hoef geheijten
die Lulsdonck, met allen hoerder toebehoerten, hersc. van Spordonck". Genoemde Ghijsbrecht wil
"die hoef geh. die
Lulsdonck, metten husinghe, scuere, ende timmeringhe ende metten lande ende bemde daeraen gelegen verkopen".
Uit de akte blijkt dat hij die gekocht had van Cornelis Smeeds. "Cornelis had die
opgewonnen als provisoer van het gasthuijs van Oerschot". Tijdens de veiling wil eerder genoemde
Willem Van Elssen ook nog andere zaken verkopen, die Jan van Caudenbergh als procureur in zijn naam 'opgewonnen'
had. Uit de akte blijkt ook dat de hoeve reeds 8 à 9 jaar leeg heeft gestaan. De aanwezige bieders zijn Dirck
van Diepenbeeck en Ghijsbrecht Dircks Hoppener. Tijdens het bieden brandt er een kaars. Iets wat in die tijd
blijkbaar de gewoonte was. Het doel van de kaars was dat op het moment dat de kaars uitging, de laatste bieder
de koop mocht behouden. In deze veiling blijkt Dirck van Diepenbeeck dat te zijn. Zoals uit de akte blijkt: 'ende
die borrende kersse is uutgegaen ende Dirck v. Diepenbeeck heeft alsoe den coep behouden tot dierre tijt'.
Door deze actie werd dus Dirck van Diepenbeeck de nieuwe eigenaar van
de hoeve.
Zie: Transcriptie van akte van 3 september 1499
Uit bovengenoemde
transcriptie blijkt ook waar we aan moeten denken als we het over de hoeve
hebben. Het was een huis met schuur en 'timmeringhe'. Aan het huis lag een stuk land en een beemd. We kunnen dit vertalen
in een boerderij met erf en een moerassig stuk land met schuilhut voor de
dieren.
Zoals reeds eerder gezegd
moet de hoeve gestaan hebben in het gebied 'aan de
Broeckstraet' in Spoordonk. Oude
kadasterkaarten vertellen ons dat het werd omsloten door de Spoordonkseweg, de Water- en
Oliemolen, de rivier Aa (nu de Beerze), de Broekstraat en Banisveldschedijk (wat
nu ook Broekstraat heet).
Uit diverse transportakten en
verervingen heb ik een overzicht gemaakt van de belendende percelen
zoals die genoemd werden in de stukken, gevonden in het rechterlijk archief van Oirschot. Hierdoor krijgt men toch een mooi beeld hoe de situatie ter plaatse
was.
Hieruit is
duidelijk te concluderen dat beempt en erf 'de Lusdonck' in het gebied 'aan de
Broeckstraet' gezocht moet worden. Het geeft tevens een goed beeld dat Jan
Gerarts van de Lulsdonck (alias Jan die Verwer) de bewoner was van de hoeve.
Zijn naam als Jan van der Lusdonck vinden we, zoals eerder gezegd, terug op de kaart uit 1540. Zijn buren: Ardt Vos, Willem van Catwijck en Jan die Cort
vinden we als een rode draad terug in de gegevens.
Zie: Belendende Percelen
Ook in de Logt vond ik grond toebehorende aan onze familie. Bezien
we de kaart van 1540 weer dan
ontdekken we daarop de volgende percelen met daarin de volgende handgeschreven teksten.
De genoemde percelen lagen
trapsgewijs aan elkaar in de Logt. In de transportakten en verervingen, genoemd
in het rechterlijk archief van Oirschot, is niets van bovengenoemde gronden te
vinden. Onderzoek in het archief van Oisterwijk zal een en ander aan het licht
moeten brengen.
Uit bovengeschreven verhaal
zijn tot nu toe enkele zaken heel duidelijk geworden en die wil ik op een rijtje
zetten.
Ad van de Lisdonk (Oostrum-Lb)
Zie ook:
'Transcriptie van verkoopakte van 28 juni 1405'
'Transcriptie van verkoopakte van 3 september 1499'
De genealogische gegevens van de hierboven vernoemde personen kunt U vinden op de: Genealogische pagina van de familie van de Lisdonk
Copyright © 1990-2011 - Ad van de Lisdonk (Oostrum-Lb).
laatst bijgewerkt op 18 augustus 2010
U bevindt zich op de homepage > http://www.familievandelisdonk.nl